Het moet je maar overkomen.
Cliënte gaat op oudejaarsdag naar het werk. Vroeg in de ochtend het bed uit. Rond 06.30 uur beginnen. Ze werkt achter de receptie in een administratieve functie. En achter de receptie is het vaak een rommeltje wat bureaustoelen betreft. De receptie puilt soms uit met zes of zeven bureaustoelen. Iedere collega gebruikt het liefst zijn of haar eigen stoel. Maar ze zijn er nooit allemaal tegelijk. En het pad achter de receptie is niet zo heel breed. Dus cliënte probeert een van de vele bureaustoelen te verplaatsen.
Ze komt ten val.
Breekt haar been op meerdere plaatsen. Moet met ambulance worden weggebracht. Moet ook een paar nachten in het ziekenhuis verblijven.
Kan maandenlang niet werken.
Leuk begin van het nieuwe jaar. Dus wij de (verzekeraar) van de werkgever aansprakelijk stellen. En die wederpartij weer de aansprakelijkheid afwijzen. Zeggen dat het een huis-tuin-keuken ongeval is. Zeggen dat werkneemster haar eigen schade moet dragen.
Maar wat is nou correct?
Juridisch gezien heeft de werkgever een vergaande zorgplicht. Het ziet er zo uit.
Als een werknemer een ongeval overkomt op het werk en er is sprake van schade, dan is de werkgever aansprakelijk voor die schade, tenzij de werkgever kan aantonen dat hij niet aansprakelijk is.
Zie je de omkering van de bewijslast? De werkgever moet zijn onschuld bewijzen. Normaal gesproken moet degene die iets claimt ook iets bewijzen. Maar een werknemer mag iets claimen en de werkgever moet met bewijs komen dat de claim niet correct is.
In het geval van cliënte
Er zijn camerabeelden van het ongeval. Wij die camerabeelden opvragen. De wederpartij zeggen dat die camerabeelden er niet zijn. Vervolgens ruimen ze de situatie achter de receptie op en maken ze foto’s van een opgeruimde receptie mat nauwelijks stoelen. Sturen die foto’s naar ons door. Zeggen dat het er heel netjes uitziet achter de receptie. Zeggen dat het pech is voor cliënte.
En dat doet me trouwens ook denken aan het verschil tussen de rechtspraktijk en de rechtswetenschap. In de rechtswetenschap gaat het vaak om kant-en-klare casus. Rechtenstudenten en juridische auteurs houden zich daar veelal mee bezig. Je mag je plasje doen over een casus. Dat is niet zo moeilijk.
In de rechtspraktijk moet je de casus ‘maken’.
Kijken welke feiten je kunt bewijzen. Welke getuigenverklaringen je kunt krijgen. Welke deskundigenoordelen je moet bemachtigen. In hoeverre rapporten van een inspectie in het voor- of nadeel van de zaak spreken.
Het ‘maken’ van een casus is vaak lastiger en vraagt meer creativiteit dan het beoordelen van een kant-en-klare casus.
En nu terug naar cliënte.
Gestruikeld of gevallen op het werk. Wat nu?
Dus wat doen we in de situatie van cliënte? We laten de wederpartij weten dat we zaak zullen voorleggen aan de rechter.
En wat heeft de rechter besloten? Dat wordt nog vervolgd.
Hulp nodig?
In sommige gevallen is extra hulp vragen het beste wat je kunt doen. Vooral bij:
- medische fouten;
- ongevallen buiten of in het verkeer;
- ongevallen op het werk;
- letselschade veroorzaakt door een gebrekkig product.
Wij helpen. En vaak kosteloos.
Bel 085 06 05 921. Liever Whatsapp? –> 06 409 09913.
Volg ons op instagram @kwaliteitsbureauletselschade.